Hinky en het leven van een zwerfkat

Inge, een klant van mij, heeft zich enige tijd geleden ontfermd over een zwerfkat met de naam Hinky. En zo werd hij ook een beetje mijn verzorgkat, maar dan van de buitencategorie. In totaal heb ik hem maar drie keer gezien. 

De rest van de tijd was hij op pad, altijd op zoek naar krolse dames. Want Hinky was niet gecastreerd. Dat was ook goed te merken aan de jonge katjes in de buurt. Ze lijken stuk voor stuk verdacht veel op hun papa.

Helaas had Hinky ook een wond aan zijn poot die maar niet wilde genezen. Maar hoe help je een kat die buiten leeft en zich nauwelijks laat benaderen? Omdat hij inmiddels mank liep, kreeg hij de naam Hinky. Het vertrouwen winnen kostte tijd en geduld. Inge bouwde het stap voor stap op. Een buitenverblijf waar hij veilig kon slapen en in de winter zelfs een plekje binnen, al deed Hinky dat maar af en toe, en dan nog stiekem. Aaien liet hij zich niet, laat staan dat je hem op kan tillen om naar de dierenarts te gaan voor de broodnodige castratie, tandverzorging en aandacht voor zijn pootje.

 

Naar de dierenarts

Maar inmiddels is het zover, er staat een afspraak gepland bij de dierenarts. En ik ben zó blij dat Kattenoppas Puck dit mag sponsoren! Want het is ontzettend belangrijk dat katers van de straat gehaald worden en een fijn thuis krijgen. Dat ondersteun ik met liefde, ook financieel.

En Hinky zelf? Die geeft zich steeds meer over aan de goede zorgen van Inge en lijkt wel een aanhankelijke kater te worden. Vermoedelijk is hij ooit gewoon een huiskat geweest, totdat hij op straat belandde. Ongecastreerd, dat wel. We hopen dat dit bezoek aan de dierenarts het begin wordt van een nieuw hoofdstuk in zijn leven. Een leven in warmte en veiligheid, gewoon binnen, bij mensen die om hem geven. Nu nog even afwachten of de 'binnenpoes' Marie daar ook zo over denkt!

 

Is een zwerver een vrijbuiter?

Om meer te weten te komen wat het doet met een kater die het moet doen met een zwervend bestaan, ben ik voor deze blog gedoken in de wereld van de zwervende kater. Is hij een vrijbuiter of voert hij een stille strijd?

Want we kennen ze allemaal wel, die stoere katers die je soms ziet scharrelen in de straat, over daken sluipen of nieuwsgierig de vuilnisbakken inspecteren. Een kat die geen huis heeft, niet gecastreerd is en vrij rondzwerft, lijkt op het eerste gezicht een echte avonturier. Maar achter dat romantische beeld schuilt vaak een harde realiteit. Wat maakt zo’n leven met een kater, en is het zielig of simpelweg de natuur zijn gang laten gaan?

 

De drang om te zwerven

Een ongecastreerde kater leeft vaak met een sterke biologische drang. Hij wil territorium verkennen en zijn genen doorgeven. De geur van een krolse poes kan hem kilometers ver van zijn vaste plek lokken. Daardoor legt hij grote afstanden af, vaak midden in de nacht. Voor buitenstaanders lijkt dit misschien spannend en vrij, maar het betekent ook dat hij constant onderweg is, zelden echt rust heeft en zijn energie grotendeels besteedt aan vechten, markeren en zoeken.

 

Gevaren en uitdagingen

Het leven van een zwerfkat is doordrenkt van risico’s. Elke ontmoeting met een andere kater kan uitlopen op een felle strijd, waarbij klauwen en tanden diepe wonden achterlaten. Soms genezen die niet goed en veranderen ze in pijnlijke abcessen, een gescheurd oor is vaak het stille bewijs van alweer een verloren gevecht.

 

Maar de gevaren beperken zich niet tot vechtpartijen alleen. Via diezelfde bijtwonden of via kortstondige paringen sluipen ziekten zijn lichaam binnen, onzichtbaar maar dodelijk. Kattenaids en leukemie verspreiden zich gemakkelijk, en hij draagt die dreiging mee terwijl hij verder zwerft.

 

Dan is er het verkeer. Straten vol auto’s zijn hem even vreemd als verraderlijk. Toch moet hij ze oversteken om eten te vinden of een nieuw territorium te verkennen. Eén verkeerde inschatting kan zijn leven abrupt beëindigen.

 

En zelfs wanneer hij de strijd en het verkeer overleeft, wacht een andere dagelijkse uitdaging: de honger. Soms heeft hij geluk en krijgt hij een restje toegeschoven van een vriendelijke buur. Andere dagen moet hij het doen met een muis of vuilnis, en regelmatig blijft zijn maag leeg. Als de winter komt en kou en regen alles verzadigen, wordt het vinden van warmte en beschutting bijna een gevecht op zich.

 

Vrijheid versus welzijn

De romantiek van ‘vrije natuur’ is aantrekkelijk voor ons als mens. We projecteren graag het beeld van een zelfstandige jager die zijn eigen pad kiest. Maar een kat is geen wild dier meer. Het is een huisdier dat eeuwenlang naast de mens leefde. Dat maakt hem kwetsbaarder als hij volledig op zichzelf is aangewezen.

Een ongecastreerde kater kan inderdaad genieten van de vrijheid om te zwerven, maar dat plezier gaat vaak hand in hand met stress, honger, pijn of ziekte.

 

Is het zielig of niet?

Het antwoord is wel wat genuanceerd. Voor de kater zelf is zijn gedrag instinctief en dus natuurlijk, hij weet niet beter. Toch betekent dat niet dat hij gelukkig of veilig is. De harde omstandigheden, ziektes en gevaren maken het zwerversbestaan voor de meeste katers zwaar. Vanuit menselijk perspectief is het daarom wél zielig om een kat zonder zorg en bescherming te laten leven, zeker als castratie en opvang een wereld van verschil kunnen maken.

Een zwervende, ongecastreerde kater is geen heldhaftige avonturier, maar een dier dat gedreven door hormonen een vaak riskant leven leidt. Hij ervaart misschien korte momenten van vrijheid, maar betaalt daar een hoge prijs voor in gezondheid en welzijn.

Door katten te castreren en te zorgen voor opvang waar nodig, geef je ze niet minder leven, maar juist meer kwaliteit van leven. En dat is uiteindelijk toch wat we ieder dier gunnen.

Omdat er omgekeken wordt naar Hinky, is zijn tijd op de straat straks verleden tijd. Het is hem gegund!